Ga naar de landen websites van BMI Group
U kunt maximaal 3 monsters aanvragen.
Bedankt voor uw aanvraag, wij streven ernaar om de monsters zo spoedig mogelijk bij u af te leveren. LET OP: alleen ondernemers in de bouw kunnen een monsterdakpan aanvragen.
Keramische dakpannen moeten voldoen aan het gestelde in NEN-EN 1304 “Keramische dakpannen en hulpstukken – Definities en productspecificaties”. De eigenschappen worden bepaald overeenkomstig de volgende normen;
NEN-EN 1024 “Bepaling van de geometrische eigenschappen”
NEN-EN 539-1 “Bepaling van de fysieke Deel 1: Beproeving van de waterdichtheid”
NEN-EN 539-2 “Bepaling van de fysieke Deel 2: Beproeving van de vorstbestandheid”
NEN-EN 538 “Breukkrachtproef”.
Hierin zijn omschreven de eisen en keuringsmethoden met betrekking tot structuur en uiterlijk, maat en maatafwijking, scheluwte en niet-rechtheid, waterdichtheid, breuksterkte, vorstbestandheid en brandgedrag. In onderstaande tabel zijn enkele criteria nader omschreven. Van een aselect te trekken steekproef uit een partij kunnen de volgende eisen worden gecontroleerd.
Kenmerk | Eisen |
---|---|
Structuur | Structurele fouten als breuk, structurele scheur en verlies van de gehele neus zijn niet toelaatbaar. Bij de kwaliteitsbewaking in de fabriek mogen max. 5 stuks van de 100 dakpannen niet voldoen |
Oppervlaktefouten | Na de beproeving op de vorstbestandheid gelden de volgende eisen: blister max. 10 mm pitje max. 7 mm schilfer max. 7 mm |
Toelaatbare maat en maatafwijking | De gemiddelde waarde voor de lengte en breedte mogen niet meer dan 2% afwijken van de opgegeven waarde van de fabrikant.Voor panmodellen, geproduceerd in een Nederlandse productielocatie, geldt dat de opgegeven maat moet voldoen aan de nominale maat. |
Scheluwte en niet-rechtheid | De gemiddelde waarde mag niet groter zijn dan: 1,5% voor dakpannen met totale lengte > 300 mm 2% voor dakpannen met totale lengte < 300 mm |
Breukkracht | Dakpannen moeten een minimale breukkracht hebben: vlakke pannen met sluitingen 900N alle andere type dakpannen 1.200N |
De vermelde normen hebben betrekking op kwaliteitszorg in de productiefase en geven geen invulling aan contractuele (garantie-)relaties na verkoop of verwerking.
Betonnen dakpannen moeten voldoen aan het gestelde in NEN-EN 490 “Betonnen dakpannen en hulpstukken voor dakbedekking bekledingselementen - Productspecificaties”. De eigenschappen worden bepaald overeenkomstig de volgende normen;
Hierin zijn omschreven de eisen en keuringsmethoden met betrekking tot uiterlijk, maat en maatafwijking, waterdichtheid, breuksterkte, vorstbestandheid en brandgedrag. In onderstaande tabel zijn enkele criteria nader omschreven. Van een aselect te trekken steekproef uit een partij kunnen de volgende eisen worden gecontroleerd.
Kenmerk | Eisen |
---|---|
Uiterlijk en afwerking | De dakpannen moeten gaaf en onbeschadigd zijn, kantig van vorm en vrij van andere onregelmatigheden (b.v. scheluw) opdat de regenwerende sluiting van de pannen niet wordt belemmerd en het uiterlijk van de hiermee gedekte dakvlakken niet wordt geschaad. De voorzijde en de overige in het zicht komende gedeelten, effen gekleurd of genuanceerd, moeten een gelijkmatige structuur bezitten vrij van putten, scheuren en andere onvolkomenheden, opdat een harmonisch uiterlijk van het dakoppervlak wordt verkregen. Onder invloed van natuurlijke atmosferische omstandigheden kunnen wijzigingen in de kleur en het uitzicht optreden. De dakpannen en hulpstukken in beton kunnen licht uitbloeien vertonen zonder dat de andere kwalitatieve kenmerken veranderen. |
Oppervlaktefouten | Oppervlakkige, niet doorlopende scheuren, aan de achterzijde, welke het gevolg zijn van een specifieke productietechniek, zijn als zodanig toelaatbaar mits zij geen afbreuk doen aan de overige in NEN-EN 490 gestelde eisen. |
Toelaatbare maat en maatafwijking | Volgens NEN-EN 490 zijn er ten aanzien van toelaatbare maatafwijkingen van de dakpanlengte en -breedte geen eisen gesteld. Ophanglengte van de dakpan ± 4,0 mm Dekbreedte - conform de gedeclareerde waarde |
Breukkracht | Dakpannen moeten een minimale breukkracht hebben: |
Sterkte van ophanging | De sterkte van de ophanging, dit is de kracht waarbij de nok of nokken van de pan afbreken, moet tenminste 1.000 N bedragen. |
Hulpstukken | De meegeleverde hulpstukken dienen functioneel te passen bij de dakpannen. |
Brandbaarheid | De dakpannen en hulpstukken in beton die in overeenstemming zijn met de voorschriften van de NEN-EN 490 zijn niet brandbaar. (zie bijlage B bij EN 490). |
Waterdichtheid | Onder de in NEN-EN 491 beschreven omstandigheden mag binnen 20 uur geen druppel van de achterzijde van de pan afvallen. |
Controle betonnen en keramische dakpannen
De dakdekker hoeft bij de gecertificeerde dakpannen van Monier niet na te gaan of de geleverde dakpannen voldoen aan de gestelde eisen. Dit is in de eerste plaats reeds gewaarborgd door de interne kwaliteitsbewaking van BMI. En daarnaast regelmatig door de certificatie-instelling KIWA.
De dakdekker dient wel op de volgende punten te controleren, voordat tot verwerking wordt overgegaan:
Opmerking
Door verlading, transport en verwerking veroorzaakte schuurvlekken doen geen afbreuk aan de normale gebruikswaarde van de dakpannen. Indien tot afkeuring moet worden overgegaan dient, voordat de dakpannen verwerkt worden, contact op te worden genomen met de betrokken bouwmaterialenhandel.
Belangrijk over de maten van dakpannen
Gegeven maten zijn nominaal en dienen voor verwerking op de bouwplaats te worden gecontroleerd.
Geringe kleurnuancering is inherent aan keramische en betonnen producten, waardoor enig tintverschil tussen dakpannen onderling en met hulpstukken toelaatbaar is. Om hinderlijke verschillen in kleurvlakken op het dak te voorkomen wordt aanbevolen om dakpannen uit meerdere pakketten door elkaar te verwerken.
Dakpannen en hulpstukken worden onafhankelijk van elkaar geproduceerd.
Voor betonnen dakpannen geldt: Hulpstukken en dakpannen worden op een andere productielijn met een andere snelheid geproduceerd. Bepalend voor de kleurnuancering zijn de onvermijdelijke kleine verschillen in temperatuur, luchtvochtigheid en de snelheid van de productielijn.
Voor keramische dakpannen geldt: Na het vormen en drogen worden dakpannen en hulpstukken afgestookt in een oven bij een temperatuur van ruim 1000 graden Celsius. Bepalend voor de kleurnuancering zijn de onvermijdelijke kleine verschillen in temperatuur en ovenatmosfeer en plaats van belading op de ovenwagen.
Kleine onvolkomenheden zijn vaak onvermijdelijk doordat de dakpannen en hulpstukken een hele weg hebben af te leggen voordat ze op het dak liggen. Oppervlaktedeeltjes en kleivouwen worden niet als fouten beschouwd. Hetzelfde geldt voor kleine onvolkomenheden op het zichtvlak zoals; krassen, afgeschaafde delen en tekenen van wrijving die op de dakpannen verschijnen tijdens fabricage, verpakking, behandeling en transport. Bij wrijving komt het gruis van de ene pan op de andere pan komt te liggen. Na verloop van tijd zullen deze beschadigingen op het dak minder zichtbaar worden door wind- en weersinvloeden. Vaak zijn ze ook goed weg te poetsen met een spons. Deze beschadigingen hebben geen enkele invloed op de levensduur van de dakpannen en hulpstukken.
Hier is sprake van een natuurlijk verschijnsel, waarbij onder invloed van vocht de zouten die in de klei aanwezig zijn uitspoelen. Door het opdrogen vormen deze zouten een witte uitslag. Na een aantal maanden - de tijdsduur is afhankelijk van de weersomstandigheden - zijn de zouten uit de klei verdwenen en zal aansluitend ook de witte uitslag verdwijnen.
Ja, bij dakpannen met een engobe- of glazuurlaag kunnen haarscheurtjes (net scheurvorming) voorkomen. Deze craquelévorming of haarscheurtjes ontstaan door een spanningsverschil tussen het keramiek en de afwerklaag. Een keramische product bestaat grof gesteld uit twee materialen, te weten als basis de gebakken klei (keramiek) en de afwerklaag in de vorm van een engobe of glazuur. Na het vormings- en droogproces worden de dakpannen en hulpstukken gebakken. Ondanks alle zorg en aandacht kunnen in de afkoelfase tussen het keramiek en de engobe- of glazuurlaag spanningen optreden welke resulteren in craquelé van de afwerklaag. Deze haarscheuren zijn niet zichtbaar als de producten uit de oven komen, echter openbaren zich pas wanneer er vocht van buiten door de pan wordt opgenomen en de zouten bij droging naar buiten treden. Een gekend fenomeen, welke geen afbreuk doet aan de kwaliteit en duurzaamheid van de keramische dakpannen en hulpstukken.
Kalkpitten kunnen leiden tot afschilferen, waarbij naast wat kalk ook steeds een stukje scherf wordt meegenomen. Kalkpitjes (meestal als CaCO3) kunnen aanwezig zijn in één of meer grondstoffen. Het is onvermijdelijk en normaal dat kalkpitjes wel eens voorkomen in klei. De klei die gebruikt wordt voor de productie van keramische dakpannen is een mix van verschillende soorten klei die op verschillende locaties worden opgegraven. Op het moment dat de kalkdeeltjes voldoende klein zijn, zullen ze ‘oplossen’ in de kleimatrix. Echter indien ze relatief groot zijn, blijven er pitjes in de dakpan achter na het bakken. Op dat moment komt het pitje voor als een calciumoxide (CaO). Dit wordt ook wel ongebluste kalk genoemd. Op dat moment is er in de meeste gevallen ook nog geen stukje scherf uit de dakpan gebroken. Na blootstelling van een verse dakpan aan water (vocht) en/of lucht (waarin CO2 zit), kan het óngebluste kalkdeeltje’ in de tijd verder reageren. Deze reactie gaat gepaard met volumevergroting. Het ontstane Ca(OH)2 wordt overigens ook wel ‘gebluste kalk’ genoemd.
In de praktijk kan de volumevergroting van een kalkdeeltje leiden tot een (kleine) schilfering. Dan breekt er een klein stukje scherf rondom dat kalkdeeltje uit. Om te beoordelen of de beschadiging binnen aan de geldende eisen valt, dient het geheel dat is uitgebroken beschouwd te worden, en niet alleen het witte puntje zelf. In de regel vindt dit alleen plaats in de eerste maanden na aanmaak, bij kalkdeeltjes aan het oppervlak, of net onder het oppervlak. De snelheid van het proces is deels afhankelijk van het weer. Dit kan echter zowel in natte omstandigheden, als bij zomerse temperaturen (met vocht in de lucht) plaatsvinden. Kalkdeeltjes meer in de kern van de dakpan leiden niet tot deze kalkpitjes. De aanwezigheid van kalkpitten kan, van nabij bekeken, zichtbaar zijn, met name als ze wat groter zijn, maar leidt niet tot functionele problemen.
De bij de hydratatiereactie gevormde (niet gebonden) kalk in de pannen kan zich op nieuwe dakpannen als een witte waas manifesteren (kalkuitbloei of -uitslag). Door regenwater zal deze kalkuitslag opgelost worden en na verloop van tijd verdwijnen. Kalkuitbloei of uitslag is een gekend fenomeen, welke geen afbreuk doet aan de kwaliteit en duurzaamheid van de betonnen dakpannen en hulpstukken.
Pinholes zijn kleine gaatjes die kunnen voorkomen in de oppervlakteafwerking (coating) van betonnen dakpannen. Onder een vergrootglas kunnen de zogenaamde pinholes een kratervormig uiterlijk hebben. De aanwezigheid van pinholes in de coating doet geen afbreuk aan de kwaliteit van de dakpannen.
Verruwing van de toplaag van de dakpannen ontstaat door erosie van onvermijdelijk weer en wind en is een normaal proces dat bij de veroudering van dakpannen hoort. Als dakpannen op het dak langer nat blijven door omstandigheden zoals onvoldoende droging of zwaardere waterbelasting dan kan het verouderingsproces versneld worden. Zolang alleen de toplaag aangetast is, is de aantasting vooral esthetisch en zijn de dakpannen functioneel nog bruikbaar. Met uitzondering van dakpannen waar scheurvorming of breuken zijn ontstaan.
De groene aanslag die soms zichtbaar is op dakpannen wordt veroorzaakt door algen en korstmossen en soms door mossen. Mossen hebben namelijk behoefte aan een poreus en continue vochtig substraat dat mineralen levert. Dat kan soms optreden bij oudere daken met 'veel' vuil tussen de aansluitingen.
Algen daarentegen groeien op alles dat aan het oppervlak langdurig vochtig is en hebben daarbij slechts een sporen hoeveelheid voeding nodig voor de groei. Deze voeding is veelal aanwezig in de vervuiling op het oppervlak. Algen kunnen daardoor groeien op steenachtige ondergronden en hout, maar ook op gladdere oppervlakken van dakpannen en soms zelfs op metalen, glas en geglazuurde dakpannen. Algen breken niets af en vormen alleen een esthetisch probleem.
Korstmossen zijn geen mossen, maar samenlevingsvormen van alg met een schimmel die op allerlei oppervlakken groeien. Ze zijn er in verschillende kleuren, hebben geen wortels en halen hun voedsel uit de lucht. Korstmossen kunnen groeien op extreme standplaatsen, zoals dakpannen, bestrating, gevelbekleding of zelfs op glas. Zelden zie je een gelijkmatig beeld van aangroei van korstmossen, zo kun je aantreffen dat diverse stenen en/of dakpannen besmet zijn met korstmos aangroei, en andere (ernaast liggende) stenen en/of dakpannen niet of amper getroffen zijn. Ditzelfde fenomeen zie je ook op glas ontstaan.
De groei van algen en korstmossen wordt bepaald door een complex samenspel van factoren. Daardoor kunnen door fabrikanten van dakpannen (en andere materialen) geen garanties worden afgegeven dat dit verschijnsel niet zal optreden.
Omdat langdurig vocht de primaire voorwaarde is voor 'bealging' bestaat er een samenhang tussen de omgeving, bouwkundige detaillering en materiaalkeuze. De mate waarin het natuurlijke verschijnsel ‘groen worden’ kan optreden is onder andere afhankelijk van:
Worden dakpannen tegenwoordig sneller groen?
Op oude ongeïsoleerde of slecht geïsoleerde daken zullen dakpannen sneller drogen omdat de warme lucht in het huis stijgt en grotendeels via het dak verdwijnt. Dit is ongunstig voor het gasverbruik en de stookkosten. Een bijwerking is dat de dakpannen in de koude periode sneller drogen omdat ze van binnenuit opgewarmd worden. De snellere droging van de dakpannen kan aangroei van algen voorkomen of vertragen.
Na een dakrenovatie, als het dak geïsoleerd wordt, of bij nieuwbouw waar de daken sowieso goed geïsoleerd zijn, liggen de dakpannen veel meer in het buitenklimaat. De dakpannen nemen de temperatuur aan van de buitenlucht en zijn dus kouder in de winter. Natte of vochtige dakpannen zullen dan minder snel drogen en daardoor dus sneller groen worden. Voor de kwaliteit van de dakpannen is de koudere temperatuur geen enkel probleem want de dakpannen zijn vorstbestendig.
Hoe kan ik mijn dak reinigen?
Er zijn gespecialiseerde bedrijven die pannendaken kunnen reinigen. Meestal reinigen deze door middel van water onder 'hoge' druk. Om beschadiging van de pannen door te hoge waterdruk te voorkomen dient dat zeer voorzichtig te gebeuren. Gebruik indien mogelijk een proefvlak. Er dient recht vanaf de bovenzijde te worden gereinigd. Niet te schuin dus omdat dan water via de verbindingen onder de pannen kan worden gespoten, met lekkages als gevolg. Er zijn ook gespecialiseerde bedrijven die dakpannen met een schuim behandelen. Hoewel je niet direct resultaat hebt (dit kan enkele maanden duren) is deze methode voor de dakpannen het minst belastend omdat de oppervlakte niet ruw wordt. De behandeling verlaagt de kans op lekkages (water dat via de sluitingen van de dakpannen op het onderdak terechtkomt) en geeft geen rommel. Tevens duurt een dergelijke behandeling relatief kort; ca. 2 uur bij een rijtjeswoning. Eventuele schade die ontstaat door het reinigen van dakpannen valt buiten de garantie van Monier.
Dakpannen laten coaten? Of toch beter van niet?
Als uw oude dakpannen groen zijn geworden en een verweerd uiterlijk hebben, kan het zijn dat uw dak er niet meer zo mooi uit ziet als u zou willen. Er zijn gespecialiseerde bedrijven die na het reinigen van een pannendak aanbieden om een coating aan te brengen zodat de dakpannen er weer mooi uitzien en alg en mos minder snel weer aangroeit.
Door het reinigen met hoge druk kan er schade ontstaan aan het dak. De coating die wordt aangebracht zal ervoor zorgen dat uw dak er weer mooier uit gaat zien. Hoe lang de coating mooi blijft is echter wel de vraag omdat de ondergrond en de manier van aanbrengen niet vergelijkbaar is met het gecontroleerde productieproces van dakpannen in een fabriek. Voordat u besluit om uw dakpannen wel of niet te laten coaten is het raadzaam om de volgende vragen voor te leggen aan het bedrijf dat de coating aanbiedt.
Meer informatie over bealging:
Vragen die u kunt stellen: | |
---|---|
Welke methode wordt gebruikt om de dakpannen te reinigen? | |
Hoe wordt het risico op schade aan het dak geminimaliseerd? | |
Wat is de garantie op de werkzaamheden? | Hoe lang blijft de coating mooi? Wat als er lekkage ontstaat gedurende of na de werkzaamheden? |
Is de coating milieuvriendelijk? En is dat aan te tonen? | |
Wat zijn de te verwachten kosten? |
Bealging steenachtige materialen (TNO) uitgave van SBR-CURNET.
Dit zie je helaas wel vaker bij nieuwbouwwoningen: loodstrepen op donkere dakpannen. Technisch gezien geen probleem, maar wel behoorlijk ontsierend. En het kan nog makkelijk voorkomen worden ook, door het lood te behandelen of door simpelweg een loodvervanger te gebruiken.
Loodstrepen waardoor komt dat?
Nieuw lood vomt, bij blootstelling aan de buitenlucht, langzaam en geleidelijk een oxidelaag met een zilvergrijze kleur (patina) Bij aanvang van het oxidatieproces ontwikkeld zich aan het loodoppervlak eerst een onstabiele laag loodoxide. Bij regen, gedurende deze onstabiele fase, spoelt het lichtgrijze patina van het loodoppervlak en hecht zich aan de onderliggende dakpannen. Dit proces resulteert in lichtgrijze strepen of vlekken op de dakpannen. Na enige tijd ontwikkeld zich de permanente en goed aanhechtende beschermende oxidatielaag, het zogenaamde loodpatina.
Loodstrepen, wat is eraan te doen?
Reinigen van loodvlekken op dakpannen is niet eenvoudig, de aanhechting is hardnekkig. Het is echter wel te voorkomen door het gebruik van patineerolie. Om loodvlekken te voorkomen dient het nieuw aangebrachte bladlood direct na het aanbrengen gepatineerd te worden.
Verwerking patineerolie
Let op!
Laat de olie niet morsen of druppelen op bitumen, want het zal het bitumen doen oplossen.
Is mijn dak goed georiënteerd?
De oriëntatie en ligging van het dak is belangrijk voor de opbrengst van zonnepanelen. Het is van belang om goed te kijken of de panelen voldoende rendement gaan opleveren. De opbrengst van zonnepanelen is het grootst als ze onder een ideale hoek (35 à 40 graden) op het zuiden gericht liggen. Bij ligging op het oosten of westen is de opbrengst bij deze hellingshoek ongeveer 20 procent lager en op het noorden is die 45 procent lager. Vraag uw leverancier van zonnepanelen om een berekening van de te verwachte opbrengst waarbij rekening wordt gehouden met de oriëntatie, dakhelling en eventuele schaduw.
Is mijn dak geschikt voor zonnepanelen?
Een zonne-energiesysteem gaat gemiddeld zo’n 25 jaar mee. Gedurende deze periode wilt u geen problemen krijgen met het onderliggende dak, omdat dan de zonnepanelen verwijderd moeten worden om een probleem op te lossen. Want dat is sterk kostenverhogend. Een goede dakdekker kan beoordelen of de opbouw en de kwaliteit van uw dak geschikt is voor het aanbrengen van zonnepanelen. Hoe is het gesteld met de mogelijkheid van begaanbaarheid tijdens het monteren van de zonnepanelen? Kan de (onder)constructie het extra gewicht van het systeem goed dragen? Wat is de conditie van de panlatten? Hoe is de kwaliteit en verwachte levensduur van de dakpannen die er nu liggen?
Hoe weet ik of de huidige dakpannen nog 25 jaar goed blijven?
Als de te verwachte resterende levensduur van de bestaande dakpannen korter is dan de gemiddelde levensduur van zonnepanelen, ca 25 jaar, dan is het raadzaam om de dakpannen eerst te vervangen. Een goede dakdekker kan een inschatting maken van staat van de dakpannen. Als u meer zekerheid wilt, dan kunt u gebruik maken van diensten van BMI Dakservice. Bijvoorbeeld een dakinspectie om de gehele staat van het dak in kaart te brengen. Of een Laboratoriumonderzoek dakpannen om de staat van de dakpannen te bepalen en een inschatting te maken van de resterende levensduur. (Zie dienstenoverzicht Dakservice Hellende daken linkje invoegen).
Een samenwerking (of op z’n minst contact) tussen de dakdekker en degene die de zonnepanelen levert en/of installeert kan leiden tot een gedegen advies aan de opdrachtgever over eventuele aanpassingen die aan het dak kunnen of moeten worden verricht alvorens er zonnepanelen op worden gemonteerd.
Garantie op uw bestaande dak?
Als u nog garantie heeft op uw bestaande dak dan is het raadzaam om de dakdekker of aannemer die de garantie heeft verstrekt, advies te vragen om te voorkomen dat, na de werkzaamheden van de zonnepanelen installateur, de garantie van uw dak vervalt.
Voor de montage van opdak zonnepanelen, waarbij de PV-panelen op de dakpannen worden gemonteerd, zijn er diverse soorten bevestigingssystemen op de markt. Vaak wordt er gebruik gemaakt van ‘dakhaken’ die tussen de dakpannen worden aangebracht en aan de dakconstructie worden bevestigd door deze vast te klemmen om de panlat van de onderliggende dakpan of door deze vast te schroeven op de dakconstructie. Waarschuwing: de garantie van de dakpannen vervalt als de dakhaak steunt op de onderliggende dakpan!
Als de dakhaken tussen de dakpannen worden aangebracht dan dienen de dakpannen eerst passend gemaakt te worden, door een sparing uit de dakpan te slijpen. Daarna worden ze teruggeplaatst. Waarbij ze netjes om de dakhaken heen passen. Let op: niet alle dakpannen zijn geschikt om in te slijpen. Alleen als de dakpannen passend gemaakt kunnen worden zonder in de body van de pan te slijpen of de waterdichtheid aan te tasten is de dakpan geschikt om pas te maken voor het doorvoeren van een dakhaak. De uitsparing die in de dakpan gemaakt wordt mag niet meer dan 5 mm ruimte hebben rondom de dakhaak, om waterinfiltratie te voorkomen.
Helaas wordt er soms voor gekozen om niet in te slijpen en de dakpan op de dakhaak te leggen. Het gevolg is dat er een kier ontstaat tussen de dakpannen. Dit is niet goed voor de waterdichtheid en is er meer kans op breuk. Tevens dient erop gelet te worden dat openingen niet groter worden dan 10 mm om toetreding van ongedierte te voorkomen, conform de BBL. Waarschuwing: Bij zowel niet slijpen als onzorgvuldig slijpwerk vervalt de garantie op de dakpannen!
BMI Monier adviseert gebruik te maken van de SoFi dakpan om dakhaken te monteren De SoFi dakpan garandeert een snelle en duurzame installatie van dakhaken voor opdek-zonnepanelen, zonder dat dakpannen geslepen hoeven te worden. Dit zorgt ervoor dat het dak waterkerend blijft en de garantie behouden blijft. Linkje Sofidakpan toevoegen.
Gebouwschil Nederland bundelde alle kennis, ervaring, normen en richtlijnen op dit gebied in een Whitepaper (linkje toevoegen). Doel is regelmatig optredende problemen te voorkomen en de slagingskans van zonne-energiesystemen op het hellend dak te vergroten.
De garantie heeft betrekking op de vorstbestandheid, waterdichtheid en weerstand tegen breuk van de dakpannen en hulpstukken voor de duur van 30 jaar. Deze garantie is alleen geldig:
De garantie beperkt zich tot het gratis leveren van nieuwe dakpannen en hulpstukken ter vervanging van de beschadigde dakpannen en hulpstukken. De garantie wordt afgegeven aan de partij die de dakpannen van de fabrikant heeft gekocht ("de Garant"), en deze dient een garantiegebrek onverwijld schriftelijk te melden bij de BMI. De garantie is niet van toepassing op verwerkte producten met eventuele schade of afwijking aan de dakpannen c.q. hulpstukken, welke zichtbaar was bij de levering op de bouwplaats zoals kleurverschillen en/of transportschade.
Meer informatie over garantie Linkje toevoegen naar Garanties Monier.
Als dakpannen op juiste wijze zijn verankerd dan is de kans heel klein dat ze van het dak afwaaien.
Hoe weet je of de dakpannen juist verankerd zijn?
Dakpannen moeten aangebracht worden volgens het geldende Besluit Bouwwerken Leefomgeving oftewel BBL. Hierin wordt verwezen naar de NEN 6707 om dakbedekking stormvast te bevestigen. De NEN 6707 en de Nederlandse Praktijkrichtlijn NPR 6708 geven een berekeningsmethode om te bepalen waar en hoeveel panhaken en schroeven er nodig zijn om aan de BBL te voldoen.
Moet er altijd een verankeringsberekening worden gemaakt?
Ja, voor iedere dakvorm dient een aparte berekening te worden gemaakt. Alleen dan kan aangetoond worden waar de verankering van dat dak aan moet voldoen.
Wat is er nodig om een verankeringsberekening te kunnen maken?
Om een berekening te kunnen maken zijn een aantal gegevens minimaal nodig zoals:
Kun je een verankeringsberekening zelf maken of moet je dat laten doen?
Zelf doen:
Gelukkig zijn er ook bedrijven die software hebben ontwikkeld om de berekening uit te kunnen voeren.
Laten doen:
Welke panhaken zijn het beste?
Er zijn heel veel verschillende panhaken te koop.
Het is belangrijk dat de panhaken, door een onafhankelijk onderzoeksbureau, getest zijn in combinatie met het panmodel waarop ze worden toegepast, conform de EN 14437. Alleen dan is er sprake van een betrouwbare rekenwaarde die meegenomen kan worden in de verankeringsberekening.
Monier heeft voor ieder panmodel een specifieke panhaak ontwikkeld en getest zodat we betrouwbare rekenwaarden kunnen afgeven. Dit is belangrijk om aan te kunnen tonen dat de verankering voldoet aan de BBL. En uiteraard om het risico op stormschade te minimaliseren.
Kunnen goed verankerde dakpannen eraf waaien?
Ja, dat kan. Als de lokale windbelasting hoger is dan de uitgangspunten van de BBL dan kunnen dakpannen losraken. BBL gaat uit van storm zwaarte met een herhalingstijd van 50 jaar. De bijbehorende windsnelheden van Windgebied I , II en III zijn respectievelijk 29,5 , 27 en 24,5 m/sec. Dit is een 10 minuten gemiddelde, gemeten op 10 meter hoogte.
Toch komen we wel eens situaties tegen waarbij er stormschade optreedt ondanks dat de windsnelheden lager waren dan de uitgangspunten van het BBL. De oorzaak kan liggen aan een foutieve uitvoering van het dak. Maar het komt ook voor dat de lokale situatie dusdanig is dat er, heel plaatselijk, hogere windsnelheden ontstaan. Dan kan te maken hebben met de windwerking rond de belendende bebouwing en of afwijkende dakvormen.
De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) verplaatst o.a. de toetsing aan de bouwtechnische eisen van een bouwwerk van de gemeente naar een onafhankelijke partij, de zogenoemde kwaliteitsborger. Dit geldt niet direct voor alle bouwwerken, maar gaat in fases.
De Wkb verplicht bouwbedrijven om de kwaliteit van hun werk te kunnen aantonen. Dit betekent dat bouwwerken moeten voldoen aan strenge eisen op het gebied van constructie, brandveiligheid en energieverbruik. Daarnaast brengt de wet belangrijke veranderingen met zich mee:
Strengere controle
Meer verantwoordelijkheid voor de aannemer
Dossiervorming
Checklist wkb
Om de uitvoering van het aanbrengen van dakpannen te controleren en de kwaliteit vast te leggen is het raadzaam om een checklist te gebruiken. Deze checklist voldoet aan de Monier verwerkingsvoorschriften en de BRL1513 voor een standaard pannendak en kan aangevuld worden voor een meer complex dak of een dak waar specifieke eisen aan worden gesteld.